donderdag 23 september 2010

chaos in de stad, rust in m'n hart

Het visumverhaal heeft een vervolg, maar omdat ik het zelf niet leuk vind probeer ik het kort te houden. Het komt er op neer dat ik niets begrijp van de complete absurditeit en inefficiëntie van het systeem. Alle instanties liggen verspreid over de stad, ik moet er vaak vier keer heen omdat ze elke keer weer een nieuw document eisen, en ik weet niet meer waar ik wat nog zoeken moet.
Het zaakje heeft me al m’n twee eerste Boliviaanse maandlonen, een hoop frustratie en veel geduld gekost. Tot Arturo een 'à la boliviano' probeerde, er werd wat onder tafel geregeld met de politie, en plots werd een niet origineel document aanvaard, en werd een procedure die anders 4weken duurt, in 1 dag geklaard. Compleet absurd en belachelijk, frauduleus maar integrerend, en hopelijk krijg ik nu alles tijdig rond zodat ‘k geen boete meer moeten betalen voor illegaal verblijf in het land.

En voorts:
Hehe, de ontmoeting met AZG was al bijna even absurd als het visumgedoe: volledig verticaal programma, geen samenwerking met de regering (terwijl ze hetzelfde plan hebben), enkel urbaan (terwijl de grootste Chagasprevalentie ruraal is), geen vector controle, geen opvolging van de behandeling.
En het AZG-huis: rijkelijk, blank, ver weg van de realiteit.
Met opengesperde ogen en een verveeld gevoel ging ik er buiten. Misschien ben ik wel te kritisch om m’n kinderdroom ooit waar te maken….

Maar goed, de droom dan maar een beetje kneden en intussen heb ik contact met een –hoera, wat voor een ngo :) - Mano a Mano. Mano a Mano werkt vooral rond infrastructuur, educatie, en nog eens hoera, gezondheid. Ze maken onbereikbare gebieden in Bolivia wat bereikbaarder. Mano a Mano is puur Boliviaans, krijgt financiële steun uit USA, maar men bepaalt hier de noodzaak, de aanpak en de uitwerking van de projecten en programma’s. Hun duurzame beleid en de dynamiek om de rurale regio’s van Bolivia te helpen deed m’n hart sneller slaan. Bart Peeters deunde in m’n hoofd met “ Ik wil groot zijn in iets kleins” en ik stemde meteen toe om vanaf volgende week toe te treden als vrijwilliger.
Leuk toeval is ook dat ze in oktober in Cochabamba een internationaal congres rond “Emergency care” organiseren, en ik zal reeds worden ingeschakeld in de voorbereiding. Ik vind het de max!

Maandag begin ik er te werken. ’s Voormiddags weliswaar, want in de namiddag focus ik me voorlopig nog in een analyse van de sexuele en reproductieve gezondheid in Bolivia.
Maar misschien ga ik binnen enkele maanden ook wel ruraal werken in een Mano a Mano project.

E voila, voorts gaat alles hier z’n gangetje. Ik vind het super om weer elke dag bij Arturo te zijn, ook zijn vrienden en collega’s te leren kennen. Samen een dagelijks leven te kunnen hebben zonder aan afscheid te moeten denken.
En hoewel het visum momenteel nog een hele uitdaging is, maakt Arturo’s rust het allemaal draaglijk en vergangkelijk.

En ziehier nog enkele foto’s van ons leuke weekendbezoekje aan Arturo’s ouders en nichtjes in Sucre. En wat doet een mens op zaterdag: brood bakken bijvoorbeeld.


kneden met harde hand

kneden met zachte hand

de oven in

en nadien smmmmullen!

donderdag 16 september 2010

terug in Bolivia :)

Nadat het stakende Air France een stokje stak voor m’n vertrek, viel ik 30u later uitgeput maar tevreden in Arturo’s armen :). Jaja: “Viva Cochabamba”, alwaar het feest deze week voltooid werd met de viering van 200jaar ‘libertad’ van de stad. Dans, parades, eten en feestjes overal :).



Voor mezelf was het een bewogen week. De eerste dag overwon ik de hoogte en de hoofdpijn en moest ik weer wennen aan de heuse contaminatie die deze stad in de ban houdt.
Mist en smog zijn spelbreker om volop te genieten van de besneeuwde bergtoppen die Cochabamba omringen. De luchtvervuiling is onrustwekkend, en meer nog in SantaCruz (stad ten westen van Cochabamba), waar we een tussenlanding maakten en het zicht beperkt werd tot 5 meter: oorzaak: “rook” ten gevolge van bosbranden…. En droogte, warmte en windloosheid houden deze zaak in stand.
Troost: 1) seizoensgebonden aspect (toch vrees ik dat een bui binnen enkele weken dit goedje niet helemaal zal doen opklaren).
2) er is een nieuwe wet: er mogen geen auto’s meer geïmporteerd worden >10jaar oud. (toch is nog 90% van wat je in de stad ziet rijden een beeld van de jaren 80-90 bij ons. Hijghijg als je achter een bus fietst die z’n zwarte uitlaat in je gezicht puft)
En 3) zowaar: Ja! :) Arturo en ik zetten ons groenste beentje voor en heisen onze fiets de bergen in…. Zaaaalig! Zuiver water en fris ademhalen



Intussen heb ik er ook 2 halve werkdagen opzitten.
Ik werk voor Southgroup (cfr www.southgroup.nl) in het project CERCA (cfr www.proyectocerca.org) , we zitten in de “situation analysis” en dat betekent dat ik allerhande data tracht te verzamelen nationaal, regionaal, en van de health centers waar we werken, om de huidige situatie te schetsen van de sexuele en reproductieve gezondheid bij adolescenten in Bolivia.
Het is wennen omdat het vooral veel PC-werk is, maar anderzijds wel een boeiende zoektocht naar concrete cijfers van wat je ergens al weet: het gaat er niet zo goed mee...

Tot nu toe nog geen kliniek dus. Ik mis het al een beetje om doktertje te spelen, maar er is eerst nog de berg administratie die ik moet overbruggen om hier effectief aan het werk te kunnen.
Net als het geregel voor m’n visum trouwens. Ik moet bvb nog naar de advocaat voor een adviesbrief, naar de politie voor een papier van goed gedrag en zeden, naar de dokter voor TBC- en andere onderzoeken, naar het labo voor een HIV-test, etcetc… .
Ik word een beetje kwaad van deze bureacratische soep, maar vrees dat ik niet anders kan dan mooi meelopen zoals het hoort.

Deze middag heb ik ook een vergadering met de verantwoordelijke van het project van AZG in Bolivia. Natuurlijk hoop ik stiekem dat ik ook nog bij hen aan de slag kan. Zij werken rond Chagas, voor mij een interessant tropisch plaatje, maar voor de dragers een minder fijn verhaal. Maar daarover misschien later meer.

Ondanks deze administratieve toestanden is het fijn verpozen in Cochabamba, en zeker ook omdat ik nog Belgische onderonsjes kan hebben met Laurijn en Veerle, die hier op overzeese stage zijn.
En ja, joepie, we hebben een klimclub gevonden, welja, een groepje van 4vrienden waar we vanavond voor het eerst gaan infiltreren. Ze zouden over een mini-boulderzaaltje beschikken. We zijn benieuwd. Alleszins hopen we dat we op een veiligere manier kunnen gaan klauteren dan Arturo dit weekend deed op de Cerro San Pedro…



groetjes uit Bolivia!